Woensdag 5 maart
Volgens de weersvoorspelling wordt het vandaag al een stuk
warmer maar wel grotendeels bewolkt en gaat morgen de zon volop schijnen. Veel Kiwi's klagen over de te koude en natte zomer terwijl we in Nederland
dat zelfde doen over de winter. We plannen daarom morgen een lange wandeling in
het Abel Tasman park en gaan vandaag naar Richmond en Nelson. Voor een bezoek
aan een grote stad is dit prima weer. Nou ja grote stad, Richmond telt wel 15000
inwoners en Nelson heeft inmiddels 60000 inwoners, zeg maar ongeveer ter
grootte van De Bilt en Zeist.
Trafalgar Street |
Het is nog geen half uur rijden naar Richmond en
midden in het centrum komen we een K-mart tegen, een van onze favoriete winkels
in de USA. We lopen een rondje door de winkel op zoek naar leuke en grappige
artikelen en koopjes en komen na een uurtje inderdaad met een tasje met kleren,
slippers en hebbedingetjes naar buiten. Richmond gaat bijna geleidelijk in
Nelson over en ook daar zoeken we het centrum op. Hier is de Trafalgar Street
de bekendste winkelstraat, niet erg lang maar wel gezellig om doorheen te
slenteren.
Church Hill |
Aan het einde van de straat staat de Church Hill met daar boven
uiteraard de kathedraal. Deze kathedraal was oorspronkelijk gebouwd met marmer
blokken maar na een aardbeving in 1929 vond men het verstandiger om het marmer
te vermengen met gips wat nu de ongewone vorm en kleur verklaart, niet mooi
maar wel heel apart. We drinken koffie en lunchen en lopen over een groente- en
fruitmarkt, waar nog echt kleine plaatselijke farmers, imkers en vissers hun
producten proberen te verkopen. Zo staat er een kraampje met enkel bosbessen of
watermeloenen, kruiden, groenteplantjes, mosselen of zelfgebakken toast. We lopen
terug naar de auto en rijden nog een eindje langs de kust naar het noorden en
komen uit bij Cable Bay een beschutte baai met kiezelstrand en smalle dam
waarop een weg die Pepin Island verbindt met het vaste land.
Cable Bay |
De reden dat deze
baai Cable Bay wordt genoemd komt door het feit dat hier in 1876 de eerste
telegraafkabel vanuit Sydney Australië aan land kwam en New Zealand ontsloot op
het wereldwijde telegraafnet. Voorheen deed een brief er 6 maanden over om
Europa te bereiken, nu kon men in een tijdbestek van 3 dagen elkaar berichten
sturen. In 1917 werd de kabel verlegd naar Wellington de nieuwe hoofdstad van
New Zealand. Nadien zijn de telegraaflijnen vervangen door telefoonkabel en in
2001 is tussen het Noorder- en Zuidereiland een glasvezelkabel aangelegd die
nog steeds op Cable Bay aan land komt en tegenwoordig wordt doorgelust naar
Nelson. Het oude kabelstation is afgebroken en je kunt niet meer zien waar de
kabel aan land komt.
Er hangen inmiddels donkere wolken boven de baai en er ligt
niemand op het strandje. Pepin Island mogen we niet op want de enige
toegangsweg is een privé weg en leidt naar een schapenfarm. Terug dan maar weer
naar “huis” toch al gauw een uurtje rijden, we zijn een behoorlijk stuk
afgedwaald.
We worden op een slingerend landweggetje voorbij gescheurd door een
pick-up, met wel 15 schapen in zijn bakje achterop, de arme beestjes moeten
zich schrap zetten om niet om te vallen. Als we in de buurt van Nelson komen,
het is dan avondspits, staan we plots in een heuse file, de eerste die we in
dit land tegenkomen. Met wel 10 minuten vertraging, hij voelt als thuis, komen
we bij ons huisje aan, waar de zon weer volop schijnt. Het is zelfs nog zo warm
dat we op ons terras op het water nog een wijntje drinken voor het eten. Het
was een relaxte dag met even geen overweldigende natuur, maar gewoon mensen,
auto’s, winkels en lawaai!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten